Binnenhavenmonitor 2019: economische prestatie binnenhavens constant

Economische betekenis van Binnenhavens in Nederland in 2018

De binnenhavens in Nederland zijn goed voor een directe werkgelegenheid van 64.400 werknemers, een directe toegevoegde waarde van 7,7 miljard euro en wanneer ook de indirecte toegevoegde waarde wordt meegenomen, is er sprake van een totale toegevoegde waarde van 12,8 miljard euro. De economische prestaties van de Nederlandse binnenhavens zijn hiermee redelijk constant gebleven. Dit blijkt uit de Binnenhavenmonitor 2019 die opgesteld is door de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW). Deze studie geeft inzicht in de economische ontwikkelingen van de binnenhavens in Nederland voor het jaar 2018. Het rapport is mede tot stand gekomen door een bijdrage van de Nederlandse Vereniging van Binnenhavens (NVB) en haar leden.

De multifunctionele industriehavens zijn de grootste bijdragers met ruim 1,2 miljard euro aan directe toegevoegde waarde; de binnenvaart in zeehavens volgt daar vlak achter. De Drechtsteden als Inland mainport hors categorie completeert de top drie met bijna 8.400 werknemers en bijna 1,1 miljard euro directe toegevoegde waarde. Verder valt op dat de economische waarde van de multifunctionele containerhaven en containerhaven sinds 2014 sterk is toegenomen: samen leveren ze ruim 1,1 miljard euro directe toegevoegde waarde en hebben ze een werkgelegenheid van 11,5 duizend werknemers. Ook de containeroverslag in binnenhavens die onder een andere categorie vallen liet in deze periode een sterkere groei zien indien deze groei wordt afgezet tegenover overige ladingsegmenten.


De Binnenhavenmonitor 2019 is nu beschikbaar! 

Het volledige rapport Binnenhavenmonitor 2019, dat inzicht geeft in de toegevoegde waarde en werkgelegenheid van de binnenhavens in Nederland voor het jaar 2018, is nu hier te downloaden.


Aandachtspunten en wijzigingen methodiek
De binnenhavenmonitor 2019 is in samenwerking met het CBS opgesteld, waardoor een deel van de binnenhavens gebaseerd is op de diverse bronbestanden van het CBS. Het tweede aandachtspunt is dat de typologische afbakening van de binnenhavens in Nederland en de bepaling van welke binnenhaven in welke categorie valt na afronding van deze monitor door de betrokken onderzoekers, het ministerie van IenW en de NVB, alsook eventueel andere relevante experts, nog eens kritisch tegen het licht gehouden gaat worden. Deze indeling kan over tijd aan verandering onderhevig zijn en is daarom is een belangrijk aandachtspunt richting de volgende monitor. Laatste belangrijke wijziging van de methodiek is dat de directe werkgelegenheid niet meer gemeten wordt in het aantal werkzame personen, maar in aantal werknemers (FTE). Deze wijzigingen en aandachtspunten zijn onderdeel van een continu proces van voortschrijdend inzicht en daarop gebaseerde aanpassingen van de methodiek; de uitgangspunten van de methodiek blijven daarentegen voor de diverse binnenhavenmonitoren gelijk.


We willen alle leden die betrokken zijn geweest bij de totstandkoming van het onderzoek hartelijk danken voor de medewerking!

 

 

Go to top